PERSBERICHT | Goudkoorts

Goudkoorts

Zojuist verschenen: ‘Goudkoorts’, de nieuwe roman van Hans van Heesch over een ondernemende jonge vrouw die al vanaf haar tienerjaren verwoede pogingen onderneemt om aan de erbarmelijke leefomstandigheden van de Jordaan in het midden van de 19e eeuw te ontsnappen.

Achtergrond

De 19e eeuw gaat de geschiedenis in als de eeuw van de grote vooruitgang. Niet alleen wordt de slavernij afgeschaft, er worden allerlei uitvindingen omgezet in praktische toepassingen, constructies en werktuigen. Stoom is het toverwoord. Stoommachines drijven in fabrieken werktuigen aan. De belangrijkste middelen voor het vervoer van goederen en personen, als paard en wagen, trekschuiten en de trage vierkant getuigde zeilende vrachtschepen, worden in de 19e eeuw voorbij gestreefd door stoomtreinen, stoomschepen en voor lange afstanden razend snelle klippers. De vooruitgang wordt wereldwijd in gouden letters geschreven. Aan die letters kleven echter ook diep zwarte randen.
In het Amsterdam anno 1830 zijn er nauwelijks ontplooiingskansen voor een kind uit een arbeiderswijk. Hoe zou in die omstandigheden een meisje met een onstuitbaar ondernemend karakter, daar mee om zijn gegaan. Ze zijn er ongetwijfeld geweest, die meisjes met een sterk karakter, die zich niet laten afschepen en voor hun eigen ideeën gaan. Hoe zou zo iemand als jonge vrouw daar invulling aan hebben kunnen gegeven?
Dit soort overwegingen van schrijver/zeiler Hans van Heesch en het gegeven dat hij zijn hart aan de zee heeft verpand, hebben hem tot deze historische reisroman gebracht. In zijn verbeelding krijgt de in de sloppen van de Amsterdamse Jordaan geboren Lieke vorm. Een meisje met een onstuitbare drang te ontsnappen aan het armoedige keurslijf van haar afkomst.

FLAPTEKST

In de erbarmelijke leefomstandigheden van de Amsterdamse Jordaan in de eerste helft van de 19e eeuw moet de ondernemende, tienjarige Lieke meewerken in het gezin. Als de volgende jaren haar pogingen om aan het armoedige arbeidersmilieu te ontsnappen keer op keer mislukken, besluit ze met Cornelis, een gelijkgezinde vriend, Amsterdam definitief achter zich te laten. Het wordt een lange avontuurlijke reis met liefde en leed, met hoogte- en dieptepunten. Via Le Havre en New York, reizen ze de halve wereld over. Ze maken vele vrienden maar vinden nergens hun thuis. Met een klipper onderweg naar de Californische Gold Rush verongelukt Cornelis. Lieke staat er alleen voor. Na jarenlang ploeteren in rivierbeddingen met haar goudpan, raakt ze moedeloos, berooid en totaal ontredderd. Zwaar verslaafd aan laudanum begint ze aan de terugreis naar New York. Zal de eindeloze worsteling haar alsnog een uitweg bieden?

FRAGMENT UIT GOUDKOORTS

Dit fragment speelt zich af als de klipper ‘Flying Cloud’, onderweg van New York naar San Francisco, zojuist met gejuich de roemruchte Kaap Hoorn heeft gerond. Matroos Cornelis, Liekes zielsverwant, ligt zwaar gewond in de ziekenboeg waar zei hem verzorgt:

Voor Lieke, die bij Cornelis aan bed gekluisterd zit, is de stemming verre van uitbundig. Cornelis heeft de laatste vierentwintig uur geen teken van bewustzijn meer getoond. Trouw wast ze hem en regelmatig bevochtigt ze voorzichtig zijn lippen. Cornelis is er duidelijk niet op vooruitgegaan. Zijn wangen beginnen in te vallen. Alle kleur is uit zijn gezicht getrokken en zelfs zijn lippen lijken grijzig in het bedompte licht van dit kamertje. Lieke raakt gedeprimeerd door dit soort constateringen. Die negatieve gedachten wil ze niet toelaten. Ze moet meer positief denken, weet ze. Ze heeft wel eens horen zeggen dat bewusteloze mensen bij ontwaken soms verklaren gesprekken te hebben kunnen volgen. Lieke blijft daarom praten tegen Cornelis.
‘Cornelis?’, fluistert Lieke in zijn oor. ‘Je hebt zojuist Kaap Hoorn gerond. Nu ben je een echte zeeman. Nu tel je echt mee. Ik weet dat zeelui enorm trots zijn als ze Kaaphoornvaarder zijn. Jij bent dat nu ook, Cornelis. Je bent allang geen stuiver meer, maar je bent nu al minstens een kwartje, weet je dat? Ik ben zo trots op je.’

AUTEUR | Hans van HeeschOVER DE AUTEUR

Hans van Heesch, de in Utrecht geboren, in Roosendaal woonachtige zeiler/schrijver, werd als kind al gefascineerd door de zee. Na kennismaking met de zeilsport ontstaat een ware passie voor zeezeilen met meerdere deelnames aan ‘Driehoek-Noordzee’ en ‘CAM-Race’. Hij maakte samen met zijn vrouw verschillende Atlantische oversteken. Met de zee als inspiratiebron en decor, ontstaan prachtige verhalen met een urgentie deze te delen. Zijn uitgangspunt is dat het decor waarin zijn verhalen zich afspelen historisch correct en traceerbaar moeten zijn. Hierin laat hij het avontuur van zijn hoofdpersonen naadloos opgaan.

Eerdere uitgaven van zijn hand: ‘Het Veenbrandscenario’, ‘De Holtlandsage’, ‘Zeilen is voor Watjes’, ‘Dagboek van Verloren Liefde’ en ‘Blackbird’.

NOOT VOOR DE REDACTIE

Voor meer informatie, het aanvragen van een interview of een recensie-exemplaar: Hans van Heesch, 06-53819450, hanshelleveeg@icloud.com

TITEL | Goudkoorts
AUTEUR | Hans van Heesch
ISBN | | 978-94-6247-300-3
PRIJS | € 22,95

Samenvatting (slechts ter info, niet voor publicatie)
In de erbarmelijke leefomstandigheden van de Jordaan in de eerste helft van de 19e eeuw werkt Lieke als kind al volle dagen voor het gezin. Jaren later, als haar pogingen dit armoedige arbeidersmilieu te ontvluchten mislukken, besluit ze, met zielsverwant Cornelis, weg te trekken. Het wordt een lange avontuurlijke reis met liefde en leed, met hoogte- en dieptepunten. Het brengt hen over de halve wereld: van Amsterdam naar Le Havre en vervolgens naar New York. Wanneer ze van de recente goudvondsten in Californië horen, wordt dat hun doel. Onderweg via een zeilreis rond Kaap Hoorn, wordt Cornelis in een gierende storm door een katrol getroffen en overlijdt enkele dagen later. De 1e stuurman, Colin, brengt Lieke in contact met Prosper, een priester-passagier die tijdens de gold-rush een kerk wil stichten in het ruige en goddeloze wereldje van de goudzoekers. Met een groep huifkarren trekken ze van San Francisco naar de Sierra Nevada. Bij een overval door indianen komt Prosper om het leven. Toch komt ze uiteindelijk bij de gouddelvers. Door het aangaan van een partnerschap met twee Ierse broers, Peter en Graham, verkrijgt ze een concessie en wordt ze samen met hen succesvol in de goudwinning. Bij twee achtereenvolgende overvallen worden haar partners vermoord en wordt ze zelf van haar goud en eer beroofd. Als ze na jaren verder ploeteren, gedesillusioneerd en verslaafd aan laudanum, terug keert naar San Francisco, ontmoet ze bij toeval opnieuw de sympathieke stuurman Colin van de heenreis. Hij ziet de totale ontreddering van de wilskrachtige vrouw die ze jaren eerder was en ontfermt zich over haar. Onderweg naar New York kickt ze, gedwongen door Colin, ‘cold turkey’ af van laudanum. Colin beheert al die jaren een document betreffende een onbekende nalatenschap van de, naar hij nu weet, omgekomen priester Prosper. Hij draagt dit document nu over aan Lieke. In New York blijkt die erfenis enorm. Eindelijk lacht het geluk Lieke toe. Er volgt een verbluffende ontmoeting met de dood en begraven gewaande Graham. Het leidt tot een intense relatie en de start van een gezamenlijke rederij. Bij een zakenbezoek aan Europa, waarbij ze ook Liekes ouders bezoeken. Hier komt het besef dat er zowel geografisch als sociologisch, een enorme kloof ontstaan is tussen haar en haar ouders die persé gewoon Jordanees willen blijven. Ze weigeren van Liekes welstand te profiteren of mee te reizen naar Amerika. Teleurgesteld neemt Lieke definitief afscheid van haar familie. Als ze aan de terugreis begint, laat ze door een bode een flinke som geld bij haar ouders bezorgen. Een paar maanden later, terug in hun luxe appartement in New York, krijgt de inmiddels zwangere Lieke alsnog een heel lieve bedankbrief van haar ouders.

MEER PERSBERICHTEN

Goudkoorts

PERSBERICHT | Goudkoorts

‘Goudkoorts’ gaat over een ondernemende jonge vrouw die al vanaf haar tienerjaren verwoede pogingen onderneemt